U bent hier
Vlaams logo wordt in Brussel geweerd

De Vlaamse Regering voert al geruime tijd een actief merkenbeleid. Dat is erop gericht om de zichtbaarheid van Vlaanderen in Brussel te promoten. Alle Nederlandstalige dienstverlening van de Vlaamse Gemeenschap in de hoofdstad wordt aangemoedigd een N-logo in combinatie met het Vlaamse logo “Verbeelding Werkt” zichtbaar in het Brusselse straatbeeld te hangen. In de praktijk weigeren veel Vlaams-Brusselse instellingen om dat logo te gebruiken. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams volksvertegenwoordiger Karl Vanlouwe opvroeg bij minister Benjamin Dalle (cd&v). “Vlaanderen is wel goed om te financieren, maar een logo blijkt vervolgens gevoelig te liggen? Onbegrijpelijk”, klinkt het bij Vanlouwe.
Het Vlaams merkenbeleid wil de zichtbaarheid van Vlaanderen in Brussel vergroten. Vanlouwe licht toe: “Vlaanderen investeert elk jaar meer dan een miljard euro in Brussel. De band tussen Vlaanderen en zijn hoofdstad is dus springlevend en mag dan ook zichtbaar zijn. Het plaatsen van een logo is daarvoor een eenvoudig en nuttig instrument.”
Bovendien geldt het Vlaams logo ook als kwaliteitslabel. Vanlouwe: “Ontegensprekelijk geldt Vlaanderen in Brussel als kwaliteitsgarantie. Denk maar aan onze scholen, de Nederlandstalige bibliotheken, de gemeenschapscentra of de vele Vlaams-Brusselse cultuurtempels. Mensen hechten daar belang aan.”
Wél Vlaams geld, géén Vlaams logo
Uit de cijfers die Vanlouwe opvroeg blijkt dat veel van die Vlaams-Brusselse instellingen ingaan op dit aanbod en een logo laten prijken aan hun gebouw. Van ongeveer 474 instellingen hangen er maar liefst 318 wel een logo van de subsidieverlenende overheid op. Over die cijfers is Vanlouwe alvast tevreden: “Ik ben blij dat zoveel van die instellingen actief willen meewerken aan de positieve beeldvorming over Vlaanderen in Brussel. Zij houden de band tussen Vlaanderen en Brussel actief mee in stand.”
Toch is er nog werk aan de winkel. Maar liefst 54 instellingen lieten weten liever geen logo uit te hangen. “Onbegrijpelijk”, vindt Vanlouwe. “Hoe moet ik dat interpreteren? Willen ze liever niet openlijk geassocieerd worden met Vlaanderen? Maar waarom aanvaarden ze dan wel Vlaamse subsidies?”
Oproep aan minister Dalle
Vanlouwe pleit dan ook voor een algemene verplichting om de zichtbaarheid van de Vlaamse Gemeenschap te garanderen. Als Vlaams minister bevoegd voor Brussel moet Dalle echt een versnelling hoger schakelen. Ik verwacht dat hij actief alle Vlaams-Brusselse instellingen probeert in te schakelen om de Vlaams-Brusselse band te versterken. Het kan niet zijn dat organisaties die ondersteuning ontvangen pertinent weigeren mee te werken aan de zichtbaarheid van het Vlaams-Brussels netwerk. Een bindend kader is dan ook nodig.”
'De Vlaamse aanwezigheid in Brussel is een meerwaarde. De Vlaamse instellingen vormen een kwaliteitslabel in de hoofdstad. We moeten dat durven promoten. Het is daarom te betreuren dat sommige verenigingen het logo van de Vlaamse overheid weigeren te afficheren.' @KarlVanlouwe pic.twitter.com/QfqVFgYTL4
— N-VA (@de_NVA) July 12, 2023